Mijn naam is Annelies Alewijnse
Als kind was tekenen een manier om tot rust te komen en de dingen op mijn manier te doen.
Na de middelbare school ging ik naar de kunstacademie en ontwikkelde mij als beeldend kunstenaar, eerst maakte ik vooral schilderijen en tekeningen, later ook collages, gedichten en film. Al snel ontdekte ik: ‘ik produceer meer en beter werk als ik niet mijn best doe, maar vooral doe waar ik zin in heb’. Ik ging ook lesgeven en ontwikkelde speelse methoden waarbij je niet in het ‘je best doen’ schiet maar kan putten uit je vat van opgeslagen ervaringen, observaties en gevoelens, je ‘onbewuste’. Cursisten kunnen zo hun eigen manier van uitdrukken vinden en erachter komen waar ze staan, wat er speelt.
Ik geef ook workshops op scholen (lager en middelbaar onderwijs) en ook daar merk ik wat het ‘scheppen’ kan bieden: ‘oplossingen worden spelenderwijs gevonden en iedereen mag het op de eigen manier doen’. Voor mij kwam daar het besef dat ik kon helpen door de eigen mogelijkheden, de eigen krachten, te laten ontdekken, aan te boren. En omdat kinderen laten zien dat ze naast scheppen zich ook spelend helen, heb ik me laten bijscholen in de beeldende én drama therapie.
Toen ikzelf voor het eerst iets met theater deed merkte ik, dat als ik een andere rol speelde dan die ik in het dagelijkse leven gewend was, dat toch natuurlijk voelde: ‘dat ik me dus ook heel anders kan gedragen en wat een gevoel van vrijheid dat oplevert’.
Het gebruik van meerdere disciplines in de therapie heeft voordelen. De éne kunstvorm stimuleert op een natuurlijke manier een andere kunstvorm, daarnaast kunnen kunstvormen elkaar complementeren; er kan op meerdere lagen geheeld worden.
Later kwamen er nog bijscholingen in stemexpressie, systeemtherapie, lichaamsgerichte therapie en traumabehandeling.